Alessandro Scarlatti en Giovanni Pergolesi
'Napels groeide in de loop van de 18de
eeuw uit tot een van de vooraanstaande muzikale centra van Europa. Vooral
bij de ontwikkeling van de opera speelde de Italiaanse havenstad een
belangrijke rol. Maar ook de kerkmuziek profiteerde hiervan, zoals blijkt
uit het levensverhaal van twee componisten wier geboortejaar in 2010 wordt
herdacht: Alessandro Scarlatti en Giovanni Pergolesi.

Alessandro Scarlatii (1660-1725).
De in 1660 in Palermo geboren
Scarlatti werd op 12-jarige leeftijd naar Rome gestuurd voor een
muziekstudie. Hij bleek en snelle leerling, en wist door te dringen tot de
hoogste Romeinse kringen. In 1684 verhuisde hij met zijn gezin naar
Napels, waar hij tal van opera's, oratoria en wereldlijke cantates
componeerde. Als gevolg van politieke ontwikkelingen keerde hij in 1702
terug naar Rome, waar hij in 1707 werd benoemd tot maestro di cappella
van Santa Maria Maggiore. In 1709 vestigde Scarlatti zich weer in Napels,
waar hij in 1725 overleed.

Giovanni Pergolesi (1710-1736).
Giovanni Pergolesi kwam op 4
januari 1710 ter wereld in het Italiaanse dorpje Jesi. In 1726 ging hij
naar Napels, waar hij studeerde bij onder meer Greco en Durante. In deze
periode verschenen zijn eerste kerkmuzikale werken: oratoria en het Salve
Regina. Het bleken vingeroefeningen voor het genre waar Napels zo beroemd
om was, de opera. Omstreeks 1735 werd bij Pergolesi Tuberculose
geconstateerd. In diezelfde periode moet hij zijn beroemde Stabat Mater
hebben gecomponeerd. Pergolesi zou de ziekte niet te boven komen en
overleed op 17 maart 1736.